
Ik leer je hoe je anders voor jezelf kunt zorgen, zodat je beter om kunt gaan met de druk en het altijd “aan” staan
Martine
Herken je dit?
Je zag het zo voor je: er zijn zoveel kinderen in Nederland die een veilig thuis nodig hebben, en jij hebt een groot hart waar nog wel een extra kind bij past. Er een (of meer) in huis nemen voelde dus als een logische stap.
Wat mooi en dankbaar werk leek lijkt in je gedachten, is in de praktijk soms heel anders. Je staat 24/7 aan, krijgt vaak het gevoel dat het je van binnen leegzuigt, en je voelt de grote verantwoordelijkheid voor het geluk van dit kind en de taak om het de maatschappij in te krijgen. Maar hoe? Je twijfelt er tegenwoordig steeds vaker aan.
Natuurlijk heb je fijne begeleiding vanuit de organisatie waar je bij aangesloten bent. Natuurlijk vinden mensen het ontzettend knap wat je doet. Natuurlijk praat je erover met mede-pleeg- of gezinshuisouders en voel je het begrip.
- Maar diep van binnen word je steeds geraakt door het gedrag van je pleeg- of gezinshuiskind. De ene keer raakt een opmerking je pijnlijk en voel je je zélf weer even klein. De andere keer word je machteloos boos… wat kúnnen ze op je knoppen drukken, deze kinderen! Terwijl jij juist voor hen professioneel wilt blijven. Maar dat kost moeite (en eerlijk: het lukt niet altijd)
- Diep van binnen heb je het gevoel dat wat je doet niet goed genoeg is. De ruimte in je hart leek groot genoeg. Maar als je in plaats van ‘dank je wel’ weer eens een grote mond krijgt, of als je ziet dat het kind tóch weer gedrag vertoont waar jullie aan gewerkt hebben, ja, dan voelt het soms alsof ook jouw grote hart en al jouw energie niet genoeg zijn. Dat je tekortschiet, terwijl je alle liefde die je hebt én je energie hebt opgebruikt
- Diep van binnen ben je bang dat je eigen kinderen niet de aandacht krijgen die ze nodig hebben, door de vele aandacht die naar het extra kind gaat.
- Diep van binnen ben je vaak moe van het vele zorgen en vraag je je af: wie zorgt er nu eens voor mij?
Je grootste angst
Je grootste angst is dat het je niet lukt. Dat jij het niet volhoudt.
En dat zou betekenen dat je pleeg- of gezinshuiskind weer naar een ander gezin moet en jij trauma hebt toegevoegd in plaats van veiligheid.
Die andere grote angst is dat je eigen kinderen het moeilijk krijgen omdat ze altijd de aandacht moeten delen en er vaak onrust in huis is.
Die negatieve gevolgen voor de kinderen wil je koste wat het kost voorkomen. Maar je weet niet meer hóe.
Je wilt het eigenlijk niet toegeven maar je voelt dat je hier niet alleen uit komt.
Jij en je partner kunnen elkaar lang niet altijd vinden in de manier waarop jij met jullie bonuskind omgaat. Dit zorgt regelmatig voor strijd en geeft jou het gevoel dat je niet goed begrepen wordt. Je probeert zo veel mogelijk te schipperen en iedereen tevreden te houden: je partner, je biologische kinderen en je pleeg- of gezinshuiskind, om iedereen maar tevreden te houden. Het voelt vaak alsof je een hele zware kar in je eentje moet trekken.
In het afgelopen jaar heb ik coaching gevolgd bij Martine. Als persoon ervoer ik Martine als integer, warm, veilig en professioneel. Bij elk bezoek nam ze ruim de tijd voor mij, en de klok voelde nooit als een belemmering om tot diepte te komen, waardoor de coaching werkelijk vrucht droeg.
Martine sloot aan op mijn persoonlijke ontwikkeling: op het ontwikkelen van een positieve mindset, het leren beheersen van stress, het vergroten van mijn zelfvertrouwen en het verbeteren van mijn gezondheid en focus. Samen doorbraken we verschillende mentale blokkades.
Ik beveel Martine van harte aan om met bovengenoemde uitdagingen aan de slag te gaan.
Anoniem

Over mij
Tien jaar geleden werd ik pleegouder. Op den duur liep ik behoorlijk vast met vragen als:
- Komen mijn eigen kinderen niets tekort nu we pleegkinderen hebben?
- Wat heeft mijn pleegkind met trauma nodig?
- Hoe werkt trauma?
- Wat is hechting precies en wanneer is een kind goed gehecht?
- Hoe kan het dat deze kinderen altijd ander gedrag vertonen dan andere kinderen en alle aandacht in het gezin proberen op te eisen?
- Hoe hou ik het gezellig in huis?
- Hoe kom ik zelf tot rust?
- Hoe komt het dat pleeg- of gezinshuiskinderen feilloos mijn rode knoppen en zwakke plekken weten te vinden?